'Hij geeft nog steeds hetzelfde gewicht aan!' of 'Ik ben maar 1 kilo afgevallen de laatste tijd!' De weegschaal is de meestgebruikte methode als het gaat om het bijhouden van het proces richting een doelstelling om af te vallen. Om te zien of je daadwerkelijk resultaat aan het boeken bent met al die moeite die je stopt in het letten op je voeding en de vele calorieën die je verbrand met sporten. Maar is dit apparaat wel zo effectief?
Daar is op 2 manieren naar te kijken:
- Ja, het is effectief want je meet het totale lichaamsgewicht gemakkelijk op.
- Nee, het is niet effectief want je meet vaak alléén het totale lichaamsgewicht op.
Ik zal het hieronder toelichten.
Het lichaamsgewicht bijhouden is natuurlijk heel makkelijk. Je hoeft alleen maar op de weegschaal te gaan staan en je ziet hoeveel kilo je bent. Gelukkig bestaat het totaal aan lichaamsgewicht niet alleen uit vet. Je hebt natuurlijk ook spier, vocht, botten, pezen, organen, maaginhoud, etc. Er kan per dag een schommeling zijn in deze verhouding en wat voor getal de weegschaal aangeeft. Zo kun je de ene dag meer vocht vastgehouden hebben dan een andere dag, kun je de ene keer meer of minder gegeten en gedronken hebben, weeg je de ene keer 's ochtends en de andere keer 's avonds, weeg je voor een training met wat meer laagjes kleding of na een training wanneer je bijvoorbeeld gezweet hebt en die ene sweater uitgegaan is. Daarnaast heeft het type weegschaal en de ondergrond waar deze op staat allemaal invloed op wat dat cijfertje gaat aangeven.
De analoge weegschaal (met een wijzertje) en de digitale weegschaal waar alleen maar de kilo's op gewogen kunnen worden zijn het meest voor de hand liggend voor thuisgebruik. De analoge is vaak een wat ouder model (hoeft niet!) en je moet eigenlijk altijd zorgen dat deze geijkt staat op exact 0. Is dit een klein beetje verkeerd afgesteld door het vaak te gebruiken kan dit al foutieve gegevens laten zien. De digitale is het meest betrouwbaarst. Deze worden steeds meer verkocht met speciaal ingebouwde pads waar je precies met je voeten op kunt staan zodat de lichaamssamenstelling gemeten kan worden. Nog beter zijn de weegschalen waar ook handvaten aan zitten, zodat de elektroden de samenstelling van de bovenkant van het lichaam beter kan meten. Die van het merk Tanita zijn hierin al langere tijd koploper met betrouwbare modellen.
Wanneer je je aan de volgende tips houdt ga je de weegschaal al veel minder snel als een frustrerend apparaat zien en meer als een handig hulpmiddel richting je doelstelling om af te vallen:
- Weeg elke keer op hetzelfde moment, bijvoorbeeld 's ochtends bij het opstaan na het toiletbezoek in zo min mogelijk kleding. Op telkens dezelfde en het liefst een harde ondergrond zoals tegels.
- Weet dat spieren zwaarder wegen dan vet. 1 kilo spier is kleiner in massa dan 1 kilo vet. Kijk dus niet alleen naar de totaal aantal kilo's telkens, maar kijk of je op andere manieren veranderingen ziet aan je lichaam. Bijvoorbeeld in de spiegel en hoe kleding anders gaat zitten.
- Een weegschaal welke het vetpercentage kan meten, kan bij elke meting een verschil van + of - ongeveer 3% geven. Probeer dus ook niet teveel te focussen op dat getalletje, maar weet zodra je over een langere termijn een dalende lijn ziet dat je goed bezig bent.
- Ik raad aan om in ieder geval elke week er een keer op te staan. Is er niks van af gegaan ten opzichte van de vorige week? Ga een dag later nog een keer wegen. Vanwege de hierboven genoemde redenen dat er elke dag verschil kan zijn in de verhouding. Is het deze andere dag nog steeds hetzelfde en let je ook op bovenstaande tips? Pas dan wat aan aan je voeding. Check of de calorieën welke je nuttigt per dag nog kloppen voor jouw doelstelling en of ze in de juiste macro verhouding zijn.
